Pubers zijn geen kind meer, en volwassen zijn ze ook nog niet. Dat is te merken en dat hoort ook zo! Vertoont jouw kind pubertrekken, wees dan blij dat zijn ontwikkeling goed verloopt. Is hij dwars, zoekt of overschrijdt hij grenzen? Dat is allemaal normaal en gezond pubergedrag. Pubers zijn nog niet volwassen. Zij hebben nog niet de controle over hun gedachten, gedrag en uitingen die ze over 10 jaar wel hebben. Voor ouders is dit een uitdagend gegeven. Belangrijk is het om de relatie met het kind te bewaken. Tegelijkertijd heeft je zoon of dochter ruimte en grenzen nodig.
Een puber is te vergelijken met een ongeoefende autocoureur die steeds weer het parcours rondrijdt. Voordat hij in staat is de rondjes goed en snel te rijden is hij heel wat keren uit de bocht gevlogen. Dat uit de bocht vliegen is bij pubers te zien aan hun gedrag, woordkeuze, gebaren, intonatie, planning et cetera. Het vervelende is dat een puber al zo scherp kan formuleren, of juist helemaal niets kan zeggen, waardoor het ouders raakt. En hard ook...
Ouders voelen zich gekwetst, boos, moedeloos, bang, verdrietig. Allemaal volwassen emoties die de interactie met ons kind sturen. Het is alleen helemaal niet de bedoeling van de puber om zijn ouders zo te raken. Hij zegt wat, doet wat, denkt wat... Hij is niet doelbewust aan het sturen, negeren, kwetsen. Hij is alleen nog niet in staat de optimale woorden en gedrag te kiezen die passend zouden zijn voor de situatie.
Wat kun je als ouders dan doen? Wees begripvol, liefdevol, mild,en respectvol naar je kind. Zorg ervoor dat jouw gedrag als houvast kan dienen. Dat jouw kind van jou kan leren hoe het wel moet. Laat je niet verleiden door ook uit de bocht te gaan vliegen. Door te gaan schelden en schreeuwen.....
Probeer in gesprek te raken met je kind, ga op zoek naar de onderliggende boodschap, Stoor je niet te zeer aan zijn toon of woorden. Realiseer je dat het belangrijk is om in contact te blijven en dat jouw kind dat ook wil. Al raakt hij soms van de weg raakt. Veroordelen helpt daarbij niet. Rustig de grenzen aangeven en je kind de gelegenheid geven om weer tot zichzelf te komen, dat helpt wel. Al vliegt jouw puber steeds weer uit de bocht, als jij hem helpt de grenzen te vinden, zal hij over tien jaar hele mooie rondjes rijden!
Een puber is te vergelijken met een ongeoefende autocoureur die steeds weer het parcours rondrijdt. Voordat hij in staat is de rondjes goed en snel te rijden is hij heel wat keren uit de bocht gevlogen. Dat uit de bocht vliegen is bij pubers te zien aan hun gedrag, woordkeuze, gebaren, intonatie, planning et cetera. Het vervelende is dat een puber al zo scherp kan formuleren, of juist helemaal niets kan zeggen, waardoor het ouders raakt. En hard ook...
Ouders voelen zich gekwetst, boos, moedeloos, bang, verdrietig. Allemaal volwassen emoties die de interactie met ons kind sturen. Het is alleen helemaal niet de bedoeling van de puber om zijn ouders zo te raken. Hij zegt wat, doet wat, denkt wat... Hij is niet doelbewust aan het sturen, negeren, kwetsen. Hij is alleen nog niet in staat de optimale woorden en gedrag te kiezen die passend zouden zijn voor de situatie.
Wat kun je als ouders dan doen? Wees begripvol, liefdevol, mild,en respectvol naar je kind. Zorg ervoor dat jouw gedrag als houvast kan dienen. Dat jouw kind van jou kan leren hoe het wel moet. Laat je niet verleiden door ook uit de bocht te gaan vliegen. Door te gaan schelden en schreeuwen.....
Probeer in gesprek te raken met je kind, ga op zoek naar de onderliggende boodschap, Stoor je niet te zeer aan zijn toon of woorden. Realiseer je dat het belangrijk is om in contact te blijven en dat jouw kind dat ook wil. Al raakt hij soms van de weg raakt. Veroordelen helpt daarbij niet. Rustig de grenzen aangeven en je kind de gelegenheid geven om weer tot zichzelf te komen, dat helpt wel. Al vliegt jouw puber steeds weer uit de bocht, als jij hem helpt de grenzen te vinden, zal hij over tien jaar hele mooie rondjes rijden!